Positie en opleiding van arbocoordinatoren

Artikel: Succesvol Arbobeleid
Artikel: Goed Arbobeleid is geïntegreerd beleid
Artikel: De arbocoördinator: wil, weg en wet
Artikel: De taken van de arbocoördinator
Artikel: Taakverdeling in en om de organisatie
Artikel: Positie en opleidingen van arbocoördinatoren
Artikel: Arbo-opleiding en de praktijk van de podiumtechnicus
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 1, Rob Roos, Theater aan de Schie
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 2, Walter van Elteren, Theatercompagnie
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 3, Robert Vonkeman, Noord Nederlands Toneel
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 4, Ton Driessen, Wetten van Kepler
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 5, Chris Gorissen, Het Vervolg
Serie: Op zoek naar de arbocoördinator 6, Johan van der Kooy, De Paardenkathedraal
AanstellingskeuringArbobeleid in de organisatieArbocoördinator en preventiemedewerkerPlan van AanpakProductie risico inventarisatie & evaluatie (PRI&E)Risico inventarisatie & evaluatie (RI&E)Samenwerkende werkgeversVoorlichting en onderrichtWerkdrukPositie en opleiding van arbocoordinatoren

Verslag Arboseminar, juni 2001

Uit: Zichtlijnen, september 2001

Een paneldiscussie met Ine Timmers (zakelijk directeur Maastrichts Theaterensemble Het Vervolg), Erik Corver (arbeidshygiënist ArboUnie, verzorgt opleiding Arbocoördinator), Steven Houtman hoofd technische dienst / arbocoördinator theater De Balie te Amsterdam) en Martin Kothman (beleidsmedewerker Kunstenbond FNV/KIEM).

Een verslag van Coen Jongsma

“Wat we met de cursus duidelijk willen maken, is dat het een hell of a job is.” Deze bijeenkomst begon met een college, compleet met sheets, van Erik Corver over de opleiding tot arbocoördinator van ArboUnie. Hij gaf enkele goede redenen voor arbobeleid: “de organisatie draait er beter van, het ziekteverzuim neemt af en de motivatie toe; dat het moet van de wet, dat komt op de laatste plaats.”

 Maar, inderdaad, het is een pittige klus, arbocoördinator. Hij moet onder andere de relevante wetgeving en een groot aantal begrippen uit de arbowereld kennen, erg veel communiceren en overleggen, zowel intern als extern en op alle niveaus. Hij moet een Plan van Aanpak opstellen, het ‘arbobeleid verankeren in de organisatie’, informatie verspreiden, aanspreekpunt zijn, de baas op zijn verantwoordelijkheden wijzen, adviseren, maar ook moeilijke boodschappen brengen en lastige vragen stellen. Risicovolle situaties onderzoeken en de volle breedte van de arbowet aan zijn organisatie openbaren, dus ook zaken als werkdruk, arbeidstijden en de manier van omgang met elkaar. “Sommige mensen kunnen dit van nature, en voor alle andere mensen is er deze cursus.” Corver stelde het voor als simpel en logisch. In de podiumwereld is arbo een relatief nieuw verschijnsel, en de arbocoördinator dus ook. Zijn rol en positie roepen veel meer vragen op.

De onduidelijkheden begonnen al met de vraag wie er in een organisatie in aanmerking komt voor de positie van arbocoördinator. Het is meestal iemand van de techniek of van personeelszaken. Vakbondsman Martin Kothman meende dat de keuze vaak toevallig tot stand kwam en pleitte voor een bewuster keuzeproces. Hij wees erop dat de functie veel kennis vereist, niet alleen van arbeidsomstandigheden, maar van alle aspecten van de organisatie. De voorkeur zou dus moeten uitgaan naar een breed georiënteerde werknemer. Daarbij wordt er nogal een groot beroep gedaan op de persoonlijkheid van de arbocoördinator, waarschijnlijk is die essentieel voor de effectiviteit van zijn functie.

Moet het een leidinggevende zijn, of is vakkennis van doorslaggevend belang? In ieder geval moest het iemand zijn met overtuigingskracht. Omdat arbeidsomstandigheden zo belangrijk zijn, betoogde Kothman dat de functie van arbocoördinator een volwaardige moest zijn, waar geld, tijd en faciliteiten voor vrijgemaakt moeten worden. Niet iets wat je er even bij doet op basis van beschikbaarheid. “Je moet permanent vakkennis bijhouden, dus met een cursus van zes dagdelen ben je er niet.” Kothman toonde in ieder geval aan dat er nog geen vast model is voor het arbocoördinatorschap.

Walter van Elteren, hoofd technische organisatie van de Theatercompagnie, vertelde bijvoorbeeld dat in zijn organisatie een arboplatform de taken van de arbocoördinator voor zijn rekening nam. In dat platform zijn meerdere disciplines vertegenwoordigd. Zo wordt vermeden dat de verantwoordelijkheid voor de arbeidsomstandigheden bij één persoon terecht komt, terwijl tegelijkertijd het contact met de mensen op de vloer heel soepel verloopt. Dit vond Kothman niet de goede oplossing, want op die manier is niet vastgelegd wie waarop aanspreekbaar is. “Er moet juist iemand zijn met de eindverantwoordelijkheid, bij voorkeur opgenomen in het management.”

Hierop lichtte Corver toe dat de arbocoördinator juist moet vermijden dat hij deze verantwoordelijkheid in zijn schoenen krijgt geschoven. “De grootste valkuil voor de arbocoördinator is dat hij alles op zijn eigen bult gaat nemen, dat moet ie ten alle tijde voorkomen. Het is zijn taak anderen te wijzen op de taken die ze hebben op arbogebied. Een uitvoerende moet een veiligheidsschoen dragen, de chef techniek houdt de werktijden in de gaten en de directie moet de middelen verstrekken. Het is mis als de directie zegt: we hebben een arbocoördinator aangesteld, dus nu zijn we klaar.”

De arbowetgeving is doelstellend. Een organisatie mag zelf uitzoeken hoe ze die doelen bereikt. Daarom staat er in de arbowet ook niet dat er een arbocoördinator moet zijn en ook niet wat zijn bevoegdheden zijn. Voor de aspirant arbocoördinator wordt het er zo niet makkelijker op. “Wat moet ik doen als mijn baas niet aan een arboproject mee wil werken? Volgens mij heb ik totaal geen macht.” Zo luidde een vraag van een inspiciënt uit de zaal. Martin Kothman: “Het is niet de bedoeling dat je als de arbopolitie in je eigen bedrijf gaat rondlopen, maar je komt er hoe dan ook op uit dat je bevoegdheden nodig hebt om iets af te dwingen, zonder dat je jezelf onmogelijk maakt in het bedrijf. De arbocoördinator zou daarom een beschermde positie moeten hebben, vergelijkbaar met de ondernemingsraad. Het zou wel helpen als in de wet- en regelgeving de bevoegdheden van de arbocoördinator zouden worden vastgelegd en als dat niet gebeurt vind ik dat het in de bedrijfstakregeling opgenomen moet worden, of desnoods in de cao.”

De inspiciënt verwachtte dat hij, ook al zou hij vergaande bevoegdheden hebben, toch tegen een gebrek aan kennis op zou lopen. Wat weet een technicus van kantoorergonomie? Erik Corver: “De opleiding is een basisopleiding, inhoudelijke kennis komt er nauwelijks aan bod. Als je begint is het veel belangrijker om te weten wat de valkuilen zijn, en wat tot het domein van de arbocoördinator behoort; dat leer je in de cursus. Het preciese minimale aantal centimeters tot een beeldscherm hoef je niet te weten. Als je moet inschatten of een situatie gevaarlijk is of niet, dan kom je met gezond verstand al een heel eind. De inhoud komt vanzelf wel.” Dus als het om macht door kennis gaat, zal de beginnende arbocoördinator andere bronnen moeten aanboren.

Walter van Elteren: “Je hebt geen machtsmiddelen. Het uiterste redmiddel, tegelijk ook het enige wat je kunt doen, is de Arbeidsinspectie bellen. Maar dan heb je ook meteen een diepgravend conflict. Je kunt signaleren en aangeven wat je wilt, maar op aarde, in de praktijk komt het er wel meestal op neer dat het artistieke kunstje toch voorrang krijgt, de directie overruled en zorgt dat alles gewoon doorgaat. Op die manier blijft de verantwoordelijkheid ook gewoon bij de directie liggen.”

Maar niet iedereen was het met Kothman eens dat de functie arbocoördinator een zware moest zijn, met bevoegdheden op managementsniveau en al. Ine Timmer: “Ik signaleer zelf als zakelijk leider niet wat er mogelijk niet goed zit, dus mensen moeten dingen aandragen. Bij een andere sessie heb ik gehoord dat uitvoerenden heel veel dingen gewoon niet willen weten of horen. Als manager zit je hoog in de lijn en heb je dus de macht om dingen gedaan te krijgen. Soms worden dingen heel duidelijk aangekaart door degene die arbocoördinator is.”

Steven Houtman is zo’n arbocoördinator en zag het eveneens wat luchtiger. Hij meende dat de arbocoördinator de zaakjes in de gaten moest houden en, na analyse van het probleem, de directie adviseert over mogelijke verbeteringen. Hij vond Dhian Siang Lie aan zijn zijde: “Arbobeleid is gewoon beleid van de organisatie. Het mag niet zo zijn dat de arbocoördinator er in zijn eentje voor staat als het op de uitvoering aankomt. Hij kan dingen aangeven en bij elkaar brengen, maar de uitvoering dat is en blijft ondernemingsbeleid. En als het niet lukt, ga het dan maar problematiseren, zorg ervoor dat het bij de directie terechtkomt.” En dit was een bekend pleidooi. Gedurende het hele seminar was immers al te horen dat arbobeleid door de gehele organisatie gedragen moet worden en dat de intentie van de artistieke en zakelijke leiding essentieel is.

Willie Rückert van het Internationaal Danstheater wees daar ook nog eens op: “Ik vind het onzin dat de arbocoördinator van alles zou moeten afdwingen, het is de taak van de balletmeester dat de dansers passend schoeisel dragen, niet van de arbocoördinator. Wij hebben een coördinator, maar met zijn allen hebben we een jaarplan gemaakt. Daar staan de aandachtspunten in. Daarna hebben we afgesproken wie voor wat moest zorgen. Eens in de zoveel tijd komt er een boekwerk op tafel en dan gaan we punt voor punt checken hoe ver we zijn. Het enige wat de coördinator moet doen is wat het woord zegt, namelijk coördineren.” De coördinator stemt af, maar hoeft het niet zelf te doen. Erik Corver: “Je moet het niet te zwaar maken want de directie blijft verantwoordelijk.

De arbocoördinator moet de directieleden wel kunnen vertellen waarom ze niet rustig kunnen slapen als bepaalde dingen niet goed geregeld zijn. En als zij dat niet oppakken, dan houdt het op, dat is wel vervelend, maar dan is dat zo.”

Mogelijkerwijs stelt dit de arbocoördinatoren in spe gerust, maar dat neemt niet weg dat zij een grote informatiebehoefte hebben. Een cursus alleen is niet voldoende. Uitwisseling van goede ideeën en het delen van problemen is altijd nuttig. Er werd even hardop nagedacht over het organiseren van regionaal georganiseerde netwerkjes van arbocoördinatoren, voor de totstandkoming daarvan werd aan ArboPodium gedacht. De deelnemers aan de cursus van de ArboUnie worden na afloop van de cursus in een netwerk gehouden. En er staat nog een mogelijkheid open, het Arboconetwerk van TNO Arbeid.

Jeannette Paul was in de zaal aanwezig om daar enige toelichting over te geven. Dit netwerk voorziet in informatie en eventueel koppeling van beginnende arbocoördinatoren aan mentoren. Er worden dagen georganiseerd waarop iedereen elkaar kan ontmoeten, en af en toe zijn er bedrijfsbezoeken, waarbij een organisatie 20 of 30 collega-arbocoördinatoren over de vloer krijgt. De deelnemers zijn meestal erg enthousiast, de kosten laag. Als er voldoende animo in de podiumkunsten is, zou er een speciaal netwerk voor deze sector opgezet kunnen worden.

Erik Corver had nog een stapel sheets over de cursus arbocoördinator. Hij liet zien hoe in de cursus de beginnende arbocoördinator vanaf de arbokernbegrippen op dag 1, via de risico-inventarisatie op dag 4, op dag 6 tot het opzetten van een arbozorgsysteem komt. Uit de zaal kwam de vraag hoeveel deze cursus kostte. Daar liet Corver zich niet onmiddellijk over uit, maar na enig aandringen bleek dat dit eerder in de richting van de drieduizend gulden ging, dan vijfhonderd. Alle aandacht verschoof nu naar Dhian Siang Lie, de coördinator van het scholingfonds kunst en cultuur. “Komt deze cursus voor subsidiëring in aanmerking?” “Welzeker”, luidde het antwoord. “Dit fonds is echter alleen toegankelijk voor door het Rijk gesubsidieerde instellingen, maar de bron waar dit geld vandaan komt heeft ook geld voor gemeentelijke instellingen.”

Ine Timmers begon nu voorzichtig de bijeenkomst af te sluiten met de conclusie dat de opleiding van de arbocoördinator belangrijk is, dat arbobeleid begint met goed management en dat het door de gehele organisatie gedragen moest worden. Maar er leefde nog een belangrijke kwestie onder de aanwezigen die tot nu toe niet aan de orde was geweest: Als je arbocoördinator bent, dan moet je daar op zijn minst gedeeltelijk voor vrijgemaakt worden. Op hoeveel tijd per week moet je dan rekenen?

Kon Erik Corver dat zeggen? Dat kon hij niet omdat het per instelling verschilt. “Het maakt nogal wat uit of je bij een accountantskantoor arbocoördinator bent, of in de chemische industrie.” Het werd nu rumoerig in de zaal, de aanwezigen waren kennelijk niet van plan de bijeenkomst zonder harde getallen te verlaten. “Roep je theater, hoeveel mensen en hoeveel tijd je ermee kwijt bent!” Maar zo eenvoudig lag het niet. Hier en daar klonk wel ’30 man, een halve dag per week’, maar degenen die iets zeiden haastten zich om te zeggen dat het coördinatorschap vooral tussen alles door werd gedaan, veel grijze uren. Het arboplatform werd nu beschouwd als een urenvreter. En het maakte veel verschil of je net begonnen was, of dat er al een min of meer functionerend arbozorgsysteem was. Jan Sol, arbocoördinator van Theater Bellevue hield een betoog waarin hij het arbocoördinatorschap een Paard van Troje noemde. “Als je het goed doet ga je ook de stoelen bij de kassa controleren, de tafels: je opent een wereld waar geen einde aan is. Je moet ervoor waken alles zelf te doen, de betrokkenen moeten zelf inventariseren.”

Op de voorste rij klonk na alle opwinding over de positie van de arbocoördinator in het nieuwe tijdperk een relativerend geluid. “Vroeger had je goed werkgeverschap, nu arbo.”