Arbeidsinspectie schept duidelijkheid over produktie RI&E

Download: Productie RI&E in het Engels (pdf)
Download: Toelichting PRI&E in het Engels (pdf)
Download: Manual PRI&E in het Engels (pdf)
Download: Voorbeeld PRI&E, Checklist van het NDT (pdf)
Download: Voorbeeld PRI&E, VGW-plan ‘Bernhard’ Toneelgroep Amsterdam (pdf)
Download: Inspectieronde 2001 (pdf)
Artikel: Arbeidsinspectie schept duidelijkheid over productie RI&E
Artikel: VPT-dag over Productie RI&E
Artikel: RI&E per productie meer dan formulier invullen
Artikel: De RI&E, een inventarisatie
Artikel: Gezelschapsarbo
AanstellingskeuringArbobeleid in de organisatieArbocoördinator en preventiemedewerkerPlan van AanpakProductie risico inventarisatie & evaluatie (PRI&E)Risico inventarisatie & evaluatie (RI&E)Samenwerkende werkgeversVoorlichting en onderrichtWerkdrukArbeidsinspectie schept duidelijkheid over produktie RI&E

Uit: Archief Arbonieuws, november 2001

Nadat enkele weken geleden onduidelijkheid ontstond over de beoordeling door de Arbeidsinspectie van de productie RI&E tijdens de huidige najaars-inspectieronde, verschaft de Arbeidsinspectie in een brief van 30 oktober helderheid over het beleid. Kort samengevat komt het er op neer dat als in de reguliere RI&E al is aangegeven hoe men als theater of theatergroep met gewijzigde omstandigheden (lees: nieuwe te ontvangen produkties of te bezoeken theaters) zal omgaan en de genomen maatregelen in een bijlage (de produktie RI&E) heeft beschreven, zal de Arbeidsinspectie niet verlangen dat deze aanvulling (de produktie RI&E) ook nog eens wordt getoetst door een arbodienst.

Letterlijk omschrijft de Arbeidsinspectie het beleid als volgt: ‘In de Arbowet wordt in artikel 5 de verplichting aan bedrijven opgelegd tot het hebben van een RI&E. Onder lid 4 van dit artikel staat de verplichting genoemd de RI&E aan te passen “zo dikwijls als de daarmee opgedane ervaring, gewijzigde werkmethoden of werkomstandigheden of de stand van wetenschap en professionele hulpverlening daartoe aanleiding geven”. Een theatervoorstelling wordt gezien als een wijziging die aanleiding geeft tot het aanpassen van de RI&E.’

‘Als in de RI&E is aangegeven hoe met gewijzigde omstandigheden zoals de komst van een nieuwe theatergroep in een theater dan wel de confrontatie van een theatergroep met een ander theater wordt omgegaan en de genomen maatregelen ter borging van veiligheid, gezondheid en welzijn vastgelegd worden in bijlagen bij de aanwezige en getoetste RI&E dan zal de Arbeidsinspectie niet verlangen dat deze aanvulling, die de produktie RI&E vormt, wordt getoetst. Wel wordt verlangd dat de gevolgde procedure om de produktie RI&E op te stellen voorziet in het zonodig inhuren van deskundige bijstand (Arbodiensten, Technische Installatiebureaus e.d.)’

‘In de RI&E worden partijen geacht aan te geven op welke wijze door hen geborgd wordt hoe de risico’s die samenhangen met de produktie beheerst zullen worden. Om de risico’s te kunnen onderkennen zal van elke produktie dus een inventarisatie en evaluatie van risico’s gemaakt moeten worden, in aanvulling op de al bestaande RI&E. Deze aanvulling dient zoals hiervoor gezegd als bijlage te worden toegevoegd aan de RI&E. Bij inspecties zal de Arbeidsinspectie controleren of de RI&E met bijlagen voor alle produkties is uitgerust.’

‘Voor risico’s moet hier gelezen worden de “produktie specifieke risico’s”, dit zijn die risico’s die nog niet in de algemene RI&E van het theater of de theatergroep zijn ondervangen. In de praktijk is gebleken dat ” produktie specifieke risico’s in ieder geval betreffen de risico’s van: vallen van hoogte, knelgevaar, schadelijk geluid en bijzondere effecten”. Voor alle duidelijkheid: de beschreven werkwijze dient zowel door theaters als door bezoekende gezelschappen te worden gevolgd,’ aldus de Arbeidsinspectie.

De Arbeidsinspectie is op 1 oktober begonnen met bezoeken van theaters en schouwburgen. De inspecties vinden plaats tijdens het bouwen van voorstellingen en worden door de Arbeidsinspectie aangekondigd bij het theater of de schouwburg. De inspecteurs hebben opsporingsbevoegdheid en kunnen zowel strafrechtelijke als bestuurlijke sancties opleggen.

Bij deze bezoeken heeft de Arbeidsinspectie speciale aandacht voor de volgende drie misstanden: Valgevaar bij het werken op hoogte door technici en riggers, valgevaar bij het werken met ladders en trappen en de aanwezigheid van een door een arbodienst getoetste risico-inventarisatie en -evaluatie, inclusief een plan van aanpak.

Als de inspecteurs bij een bezoek valgevaar of de afwezigheid van een risico-inventarisatie en evaluatie constateren wordt onmiddellijk een boeterapport opgesteld. Bij kleinere vergrijpen worden waarschuwingen uitgedeeld en afspraken gemaakt om de misstand te verbeteren. De Arbeidsinspectie heeft laten weten dat beide sancties inmiddels aan de orde zijn.

Het handhavingsbeleid ten aanzien van de risico-inventarisaties is als volgt: Indien de algemene, door een Arbodienst getoetste, RI&E ontbreekt bij gezelschap of schouwburg volgt direct een boete. De afwezigheid van

een RI&E van de productie wordt voorlopig afgedaan met een waarschuwing. Het gezelschap heeft dan drie maanden de tijd om dit alsnog in orde te maken.

Over de bevindingen van de inspecties doet de Arbeidsinspectie geen mededelingen tot 31 maart 2002.

EdeR/Coen Jongsma

bron: brief Arbeidsinspectie d.d. 30 oktober 2001