Artikel: Veiligheidsschoenen
Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM)

Binnen de podiumsector komen diverse situaties voor waarbij persoonlijke bescherming noodzakelijk is. Aan de hand van diverse typen beschermingsmiddelen worden situaties binnen de sector geschetst waarbij beschermingsmiddelen noodzakelijk (kunnen) zijn. Tevens zal worden toegelicht hoe met de wettelijke regels rond persoonlijke bescherming moet worden omgegaan, met name t.a.v. verplichting tot dragen, toezicht en eventueel sancties.

Typen PBM:

De volgende persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) worden onderscheiden:

Adembescherming:

Bij adembescherming kan onderscheid gemaakt worden tussen stofkapjes en koolstofmaskers tegen dampen.
Bij mondkapjes zijn diverse filterklassen beschikbaar, van FFP1 tot FFP3 (FF staat voor Filtering Facepiece). In principe kan worden gesteld dat bij blootstelling aan stof (zagen, houtstof, vegen, etc.) een FFP2-masker het meest geschikt is.
Bij blootstelling aan dampen (verfspuiten, lakken, etc.) wordt over het algemeen gebruik gemaakt van maskers met koolstoffilters, meestal gecombineerd met stoffilters. Er zijn 4 soorten filters op de markt, A, B, E en K. A-filters beschermen tegen de dampen van oplosmiddelen.

Gehoorbescherming:

Ook aan gehoorbeschermers is er van alles te vinden op de markt, van simpele oorrolletjes tot geavanceerde otoplastieken. Over het algemeen kan gesteld worden dat oordopjes ongeveer 10 dB dempen;  oorkappen dempen tussen de 15 en 25 dB en otoplastieken maximaal 25 à 30 dB.
Welke gehoorbeschermers gebruikt worden hangt ook af van de situatie. Bij steeds wisselende omstandigheden zijn otoplastieken niet handig, want die moet je steeds schoonmaken en netjes opbergen. Oorbeugels zijn vaak wel handig. Die hang je om je nek en als het nodig is stop je ze snel in je oren.
Bij langdurige werkzaamheden met een voortdurend hoog geluidsniveau zijn otoplastieken zeker aan te raden.
In de Arbocatalogus Versterkt Geluid wordt op dit onderwerp dieper ingegaan.

Hand- en armbescherming;

Handschoenen kunnen worden gebruikt als bescherming tegen bijvoorbeeld scherpe randen, maar ook tegen de invloed van gevaarlijke stoffen. In dat laatste geval dient te worden nagegaan of de handschoenen bestand zijn tegen deze stoffen. Want als die dwars door de handschoen toch op de huid terechtkomen dan heeft het niet veel zin.
Armbescherming komt over het algemeen gewoon neer op het dragen van lange mouwen.

Hoofdbescherming;

Als er een risico is dat men geraakt wordt door vallende voorwerpen is hoofdbescherming voorgeschreven, een helm. Bij situaties waarbij men de kans heeft het hoofd (geregeld) te stoten kan eventueel ook een veiligheidspet gedragen worden (dit is een sportieve cap met beschermende laag).

Voetbescherming:

Veiligheidsschoenen zijn er met (S3) en zonder stalen zool (S2). De stalen zool is met name bedoeld om te voorkomen dat men een scherp voorwerp (spijker die uit een plank omhoog steekt) in de voet krijgt. Binnen de podiumsector is dat een weinig voorkomend risico. S2-schoenen voldoen dus in principe. Het draagcomfort van S3-schoenen is echter ook prima en het prijsverschil is de laatste jaren ook kleiner geworden. Voor de zekerheid is het dus aan te raden S3-schoenen aan te schaffen.

Oogbescherming:

Bij verspanende bewerkingen (hakken, draaien, slijpen, etc.) kunnen deeltjes in het oog terechtkomen; soms met een gigantische snelheid en kracht. Zeer ernstig oogletsel kan dan optreden. In die gevallen moet dus altijd een veiligheidsbril worden gebruikt.
Als men werkt met gevaarlijke stoffen, die niet gevaarlijk zijn voor de huid, maar wel voor de ogen, dan is ook daar een veiligheidsbril voorgeschreven (met zijbescherming). Als de stof ook schadelijk is voor de huid dient een gelaatscherm te worden gebruikt.

Hoe weet ik of in mijn situatie PBM’s noodzakelijk zijn?

Daar valt geen eenduidig antwoord op te geven. De RIE zou daar uitsluitsel over moeten geven. Veiligheidsschoenen tijdens werkzaamheden rond het podium zijn feitelijk noodzakelijk, want er is altijd kans om iets op je tenen te krijgen. Schakel een deskundige in als getwijfeld wordt of er PBM noodzakelijk zijn, of als er vragen zijn over de soort PBM.

Gebruiksduur PBM:

PBM kunnen niet onbeperkt gebruikt worden.
– Stofmaskers (witte kapjes) gaan eigenlijk maximaal een dag mee.
– Dampmaskers met koolstoffilter gaan mee tot ze verzadigd zijn. En dat punt is moeilijk te bepalen. Als door het masker heen de damp te ruiken is, dan is het masker doorgeslagen, en dus verzadigd. Feitelijk ben je dan echter al te laat. Het hangt sterk af van de concentratie damp in de lucht, ook van de luchtvochtigheid (want dat verzadigt de actieve kool ook) en de wijze van opbergen.
– Veiligheidsschoenen kunnen, net als gewone schoenen, gebruikt worden tot ze versleten zijn.
– Handschoenen die specifiek beschermen tegen gevaarlijke stoffen kunnen relatief lang mee, mits ze uiteraard bestand zijn tegen de gebruikte stoffen. Latex handschoentjes bij kappen en grime zijn in principe voor éénmalig gebruik.
– Helmen hebben normaal gesproken een levensduur van 5 jaar. De fabricagedatum wordt door de fabrikant op alle helmen vermeld. Helmen van polyethyleen, ABS en polycarbonaat hebben een houdbaarheid van 3 jaar. Weersinvloeden of het geregeld laten stuiteren van de helm verkorten uiteraard de levensduur, 5 jaar is dus wel een maximum.

Wetgeving:

De Arbowet gaat uit van zogenaamd bronbeleid, dat wil zeggen dat gevaren aan de bron bestreden worden. Een machine die te veel geluid produceert kan in een aparte ruimte geplaatst worden of omkast worden. Pas in laatste instantie worden persoonlijke beschermingsmiddelen verstrekt. Toch zullen er situaties blijven waarbij veiligheidsschoenen, oordoppen, maskers of andere PBM noodzakelijk zijn.

Als uit de RIE (of anderszins) blijkt dat bij bepaalde werkzaamheden PBM gebruikt moeten worden, dan moet de werkgever deze gratis ter beschikking stellen. De werknemers zijn dan verplicht om ze te gebruiken. Het is van belang om ook op papier te zetten waar en wanneer PBM gebruikt dienen te worden, en het personeel daarvan (aantoonbaar) in kennis te stellen. Als men de PBM dan niet gebruikt kan uiteindelijk (na aantoonbaar enkele malen te hebben gewaarschuwd) de toegang worden geweigerd en zelfs ontslag worden aangevraagd. Bij een bezoek van de Arbeidsinspectie kan de werknemer persoonlijk een boete krijgen. Mogelijk krijgt de werkgever er dan ook één vanwege onvoldoende toezicht, maar de laatste jaren wordt de persoonlijke verantwoordelijkheid van de werknemer benadrukt. Het zal overigens duidelijk zijn dat vallende voorwerpen zich niet schuldig maken aan klassenjustitie. Dus als een directeur of een minister op een plaats komt waar hij wat op zijn tenen kan krijgen, dan moet ook hij veiligheidsschoenen dragen.

 

Werkplaatsen en magazijnen
Geluid (gehoorbescherming)
Toneelbelichting (oogbescherming)

Disclaimer

Hoewel de informatie op deze website met zorg is samengesteld en de Stichting Arbo en Podiumkunsten de informatie steeds actueel tracht te houden, kunnen aan deze website geen rechten ontleend worden. de Stichting Arbo en Podiumkunsten aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van onvolledigheid of onjuistheid van het materiaal van deze website. Tevens is de Stichting Arbo en Podiumkunsten niet verantwoordelijk voor de inhoud van websites waarnaar wordt gelinkt.